vrijdag 31 augustus 2018

Back to work?

Hoera ik mag weer werken!

But oh, wait ... Full time thuis en ik slaag er niet in om de keuken (laat staan hele godganse huis) proper te houden. Het is te veel. Zelfs tijdens die zes maanden in het appartement leek het alsof ik de helft van de tijd met ruimen en kuisen bezig was. En koken? Laat me niet lachen want de keren dat ik daar de energie (of de moed) voor had, kan ik voor de laatste tien maanden op mijn vingers tellen. Ok, ik doe alweer vaker de boodschappen en ik steek de was in. Maar dat zijn net klussen die ik nooit helemaal onderbroken heb.

Bericht aan iedereen: het was geen burnout. Ik ben ziek. Chronisch. Permanent.
Psychische kwetsbaarheid, zo noemen ze het in de brochures bij de dokter.

ADHD is een ontwikkelingsstoornis, geen plantrekkerij.
En daarbij komen er zware depressies, met een genetische component.

Ik kan mij wegsteken. Sterk zijn. Ik kan vanalles. Maar dat verandert niks.
Ik neem medicijnen. Al lang. Die maken het over het algemeen beter. Als ik goed opgevolgd word.

Deze huidige episode kan ik voor een groot deel wijten aan een gebrek aan opvolging. Ik hield me sterk, kloeg ("zaagde") wel over een en ander, maar deed verder voort op karakter. Zaken die naar mijn gevoel "misliepen" werden vaak gemaskeerd door andere. Er is ook altijd iets: een periode met veel werk, zorgen met bejaarde familieleden, oma die kanker kreeg en stierf, het dagelijkse gedoe met tieners in huis, een ingrijpende (uit angst voor stress lang uitgestelde) verbouwing-met-nieuwe-hypotheek en stomme accidenten (val es van uw fiets) met langdurig fysiek ongemak. Enfin, dingen die ongetwijfeld in elke familie voorkomen en de nodige stress met zich meebrengen. Dingen die er ook voor zorgden dat er altijd wel een verklaring kon gevonden worden voor mijn gebrek aan "welbevinden". Had de dokter-specialist (ondertussen afgevoerd) aandacht besteed aan mijn herhaalde vragen over menopauze en medicatie, dan was zijn frank misschien gevallen. Vermoedelijk oordeelde hij dat ik vanalles op het internet opzocht. Wat niet het geval was, want ik rekende op zijn vakkennis ter zake. En hoopte dat hij me zou laten testen. En mijn medicatie zou bijstellen.

It's a blur. Vanaf een zeker moment zat ik te diep om nog enigszins te zien wat er aan de hand was. Ik deed wel voort.

En wat is dat met die genetische component?

Wel, het zit ook in de familie. Dat is niks om mij achter weg te steken. Het verklaart een en ander, maar veel details heb ik niet. De West-Vlaamse boerin in mij heeft geleerd dat omerta op zijn plaats is. Dat schaamte en afdekken de enige opties zijn.

Mijn vaders enige zus is voor zover ik weet nog geen dag in haar volwassen leven OK geweest. Als kind hoorden we verhalen. Als kind leerden we stigmatiseren. Ze zat geregeld in het "zothuis". Ze kreeg electroshocks. (Dat op zich vond ik reuze eng.) In ons bijzijn gedroeg ze zich vreemd, onderdanig en traag - waarschijnlijk zat ze compleet onder de medicatie. Het hielp ook niet dat haar dialect ver van het onze stond. En dat haar man en zoon beiden een handicap hadden. Als we haar één keer per jaar zagen, was het veel. En sinds ik het ouderlijke huis verliet, meer dan 25 jaar geleden, heb ik ze niet meer gezien.

Mijn neef, een jaar jonger dan ik en doorheen onze kindertijd erg close met ons, is een paar jaar geleden succesvol voor een trein gaan liggen. Het West-Vlaamse "hou je mond en doe voort" heeft zo zijn gevolgen ...

Geen opmerkingen: